De telefoon van Elisha Gray

Van een betere telegraaf naar een telefoon

Elisha Gray was een Amerikaanse expert in telegrafie en elektriciteit. Zijn onderzoek op deze gebied leidde tot een op papier uitgewerkte telefoon en een poging het patent te verkrijgen. Dat lukte niet, maar toch wordt Gray vaak genoemd in relatie tot de uitvinding van de telefoon. Hij speelt ook een belangrijke rol in het verhaal, met name als directe concurrent van Alexander Graham Bell. Van de vier gegadigden voor de titel 'uitvinder van de telefoon' is hij echter degene die er het minste aanspraak op kan maken. Waarom wordt hij dan toch steeds genoemd? En hoe kwam hij ertoe een eindeloze stoet rechtszaken aan te spannen tegen Bell?


 

Elisha Gray, 1878/79. Schets uit Popular Science Monthly, nr 14.

 

Elisha Gray

Elisha Gray (1835-1901) was een Quaker uit Ohio, opgegroeid op een boerderij. Een eenvoudig man met een niet-technische opvoeding. Toch zou hij in de jaren '60 van de negentiende eeuw 'elektriciteit' gaan studeren. Een studie die hem klaarstoomde voor een bestaan als uitvinder. Tenslotte was men nog nauwelijks begonnen met het bedenken van toepassingen voor elektriciteit.

In 1867 gaf Gray zijn visitekaartje af met een eerste patent voor een verbetering aan de telegraaf. Daarmee was het duidelijk waar zijn belangrijkste interesse lag. Hoe dan ook, hij zou in zijn leven meer dan 70 octrooien binnenslepen, waarvan de meeste met elektriciteit te maken hadden. Onder zijn uitvindingen waren een voorloper van de televisie (telephote) en van de fax. Op deze zogeheten telautograaf, die zijn grootste succes was, kreeg hij in 1887 het patent.

Het hoeft geen wonder te heten dat een man als Gray zich ook interesseerde voor het principe van de telefonie.

 

Een vroege versie van de telautograaf, voorloper van de faxmachine uit 1893. De pen werkte elektrisch.

 

Harmonische telegraaf

Gray werkte lange tijd aan een product dat bekend stond als de harmonische telegraaf. Dat was een telegraaf die meerdere boodschappen tegelijkertijd kon versturen over slechts één lijn. Iemand die zijn zinnen ook op de harmonische telegraaf had gezet was Alexander Graham Bell. Vanaf 1874 leidde dit tot een fervente competitie tussen beide uitvinders.

Later deden beide heren in het kader van hun onderzoek ontdekkingen die niet leidden tot een harmonische, maar een sprekende telegraaf. Een telegraaf dus die menselijke conversatie over de elektriciteitsdraden kon versturen.  Dit kwam na het patent van Bell bekend te staan als een telefoon.

 

Grays telefoon

Elisha Gray bedacht niet een tot in de puntjes uitgewerkte telefoon en hij bouwde ook geen model, zoals Johann Reis en Antonio Meucci voor hem wel hadden gedaan. Het was meer zo dat hij interessante ideeën had gekregen en deze in schetsen en notities had neergezet.

Om geen tijd te verliezen in relatie tot Bell en andere concurrenten diende hij op basis van deze tekeningen een aanvraag in voor een caveat een soort optie op een patent. (Lees in het artikel over het patent meer over wat een caveat was.) Waarschijnlijk had hij de bedoeling het ontwerp hierna verder uit te werken en/of op basis van het caveat investeerders te vinden die het hem mogelijk maakten er verder aan te werken.

 

Afbeelding uit Grays notitieboek uit februari 1876.

 

Patentenstrijd 

Er is veel gezegd over deze aanvraag van Gray en de vele rechtszaken tussen hem en Bell die daaruit voortkwamen. In 2000 verscheen er echter een boek van de Amerikaan A. Edward Evenson, die de zaak tot op de bodem heeft uitgezocht.  Uit dit boek blijkt dat de zaken toch iets anders in elkaar staken dan lang is gedacht.

Zo blijkt het vaak vertelde verhaal dat Gray de strijd om het patent van Bell alleen maar verloor omdat hij zijn aanvraag twee uur later indiende niet te kloppen.

Wel klopt het dat Gray zijn aanvraag voor het caveat op 14 februari 1876, aanvroeg, dezelfde dag als Bell zijn patentaanvraag indiende. Conform de gebruikelijke gang van zaken op het patentbureau in een dergelijk situatie, kreeg Gray het caveat op de 19de februari wel degelijk toegekend en kreeg hij aldus drie maanden de tijd om een werkend model van het apparaat op zijn tekeningen te produceren. Hetzelfde gold trouwens voor Bell, die ook nog geen werkend model had.

Vervolgens had er dan een langdurig en zorgvuldig traject zullen volgen, waarin de prototypes van beide uitvinders uitvoerig werden getest en voorgelegd aan speciale panels. Daarna zou het best werkende product het octrooi krijgen. Het was niet ongewoon dat zo’n traject jarenlang duurde.

 

Links: Elisha Gray. Rechts: Alexander Graham Bell. Eigenlijk zijn ze rivalen geworden doordat ze zoveel gemeen hadden.

 

Maar daar zaten de zakenpartners van Bell (vooral diegenen wiens geld was geïnvesteerd) niet op te wachten. Daarom probeerden de advocaten van Bell de zaken te forceren. Het vreemde was echter dat ook de advocaat van Gray feitelijk op de loonlijst stond van Bell Company.  En daar ging het uiteraard mis.

Advocaat William D. Baldwin gaf Gray verkeerde informatie, waardoor deze besloot het caveat te laten vervallen. Er werd hem namelijk verteld dat vanwege het feit dat Bell zijn patentaanvraag al op 20 januari bij een notaris vast had laten leggen, het caveat kansloos was. Daarop liet Gray de zaak teleurgesteld vallen.

In maart 1976 kreeg Bell het patent op de telefoon toegewezen. Dat was nadat hij op 10 maart een werkend model had geproduceerd.

 

De vroegste telefoon van Bell in gebruik, 1877,1878. Was de telefoon van Gray uitgevoerd had hij hier sterk op geleken al was de werking ervan toch anders.

 

Rechtszaken tussen Gray en Bell

Alexander Bell zag meer dan 600 rechtszaken tegen zich aangespannen over het patent voor de telefoon. Elisha Gray werd daarbinnen de recordhouder. Dat kwam omdat er duidelijke overeenkomsten waren tussen de tekeningen in het caveat van Gray en tekeningen in het notitieboek van Bell. Tekeningen die Bell had gemaakt in de week voordat hij zijn werkende model produceerde. Een week die hij niet thuis maar in Washington had doorgebracht. Washington was de zetel van het American Patent Office.

Tijdens de rechtszaken zou blijken dat Bell in die week inderdaad een illegale inzage had gekregen in de caveataanvraag van Gray. Dat was te danken aan Zenas Frisk Wilber, een medewerker van het octrooibureau die alcoholist was en gokschulden had. Ongelukkig genoeg had hij ook schulden bij een van de advocaten van Bell.

Ondanks deze onwettigheden werden de claims van Gray echter niet toegewezen. Dat kwam omdat er uiteindelijk toch een aantal belangrijke verschillen waren tussen de tekeningen van Bell en die van Gray.

Van doorslaggevend belang was echter ook het feit dat Gray uiteindelijk nooit een werkend model heeft gemaakt van de telefoon en zich daar verder ook geen moeite voor heeft gedaan.  Met name hierdoor bepaalden rechters steeds weer dat Gray nergens aanspraak op kon maken. Tekeningen alleen waren en zijn nooit genoeg om een patent mee te verkrijgen. En van alle vier personen die worden gezien als mogelijke uitvinder van de telefoon, is Gray de enige zonder werkend model en de enige zonder demonstraties. En hoezeer dat ook het gevolg was van bedrog, er was later niks meer aan te doen.

 

Rechtszaak over het testament van Cornelius Vanderbilt, 1877. Toont een Amerikaanse rechtszaal ten tijde van de meeste processen om het patent van de telefoon. Cover van het tijdschrift Harper's Weekly.

 

Liquide zender

De kwestie draaide vooral om de zogeheten liquide (natte) zender die in beide telefoons zat.  Op schetsen van enerzijds Gray en Bell anderzijds, zien deze zenders er op het oog gelijkwaardig uit. Nader beschouwd werkte die van Gray echter toch op een heel andere manier dan die van Bell. Bij Gray staat de vloeistofhouder verticaal, terwijl die bij Belle horizontaal staat, wat een significant verschil is. Het is trouwens onwaarschijnlijk dat de zender zoals beschreven in het caveat van Gray een werkende telefoon zou hebben opgeleverd, wat wellicht ook verklaart dat er nooit een werkend model is gekomen.

 

Links de tekening van de liquide zender uit het caveat van Gray, rechts een tekening uit het notitieboekje van Bell, gedateerd op 9 maart 1876.

 

Invloed van Gray op de ontwikkeling van de telefoon?

Uit meerdere zaken in het ontwerp van Bell blijkt dat hij een beter begrip had van de werking van alle onderdelen van een telefoon dan Gray. We zullen echter nooit helemaal zeker weten in hoeverre de notities en tekeningen van Gray hebben bijgedragen aan dat begrip. Hebben ze Bell misschien het laatste zetje gegeven dat hij nodig had om tot een werkend prototype te komen?

Hoe dan ook, Elisha Gray mag niet overgeslagen worden in het verhaal over de uitvinding van de telefoon. Daarvoor heeft hij er toch een te grote rol in gespeeld.

 

 

Bronnen

  • Wikipedia (en.wikipedia.org) - 'Elisha Grey and Alexander Bell telephone controversy'. Grotendeels gebaseerd op: Evenson A. E. - 'The Telephone Patent Conspiracy of 1876: The Elisha Grey - Alexander Bell Controversy.' North Carolina 2000 (20-6-2012) / 'Elisha Gray' (6-7-2019)
  • Wikipedia (nl.wikipedia.org) - 'Telefonie 19de eeuw'/ 'Alexander Graham Bell'/' Elisha Gray'. (20-6-2012)
  • Bodanis D. - ' Het elektrisch universum: een geschiedenis van de elektriciteit.' 2005
  • Bellis M. - Inventors.about.com - ' Elisha Gray' (20-6-2012)

Afbeeldingen

  • Telefoon Bell: Wikimedia Commons / - Popular Science Monthly, Volume 12
  • Overige: Wikimedia Commons (commons.wikimedia.org)

 

Deze pagina is gepubliceerd op 20 juni 2012 en voor het laatst gewijzigd op 9 juli 2019.